1 Korintiërs 10:29
De Israëlieten in de wildernis
1 Korintiërs 10:29
Doch ik zeg: om het geweten, niet van uzelven, maar des anderen; want waarom wordt mijn vrijheid geoordeeld van een ander geweten?
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
1 Korintiërs 10:28
Maar zo iemand tot ulieden zegt: Dat is afgodenoffer; eet het niet, om desgenen wil, die u dat te kennen gegeven heeft, en om des gewetens wil. Want de aarde is des Heeren, en de volheid derzelve.
Volgend Vers
1 Korintiërs 10:30
En indien ik door genade der spijze deelachtig ben, waarom word ik gelasterd over hetgeen, waarvoor ik dankzeg?