1 Koningen 20:15
De Oorlogen van Ahab
1 Koningen 20:15
Toen telde hij de jongens van de oversten der landschappen, en zij waren tweehonderd twee en dertig; en na hen telde hij al het volk, al de kinderen Israels, zeven duizend.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
1 Koningen 20:14
En Achab zeide: Door wie? En hij zeide: Zo zegt de HEERE: Door de jongens van de oversten der landschappen. En hij zeide: Wie zal den strijd aanbinden? En hij zeide: Gij.
Volgend Vers
1 Koningen 20:16
En zij togen uit op den middag. Benhadad nu dronk zich dronken in de tenten, hij en de koningen, de twee en dertig koningen, die hem hielpen.