Lees Volledig Hoofdstuk
En gij zult vertrouwen, omdat er verwachting zal zijn; en gij zult graven, gerustelijk zult gij slapen;
Ja, uw tijd zal klaarder dan de middag oprijzen; gij zult uitvliegen, als de morgenstond zult gij zijn.
En gij zult nederliggen, en niemand zal u verschrikken; en velen zullen uw aangezicht smeken.