Lees Volledig Hoofdstuk
Tsade. De wateren zwommen over mijn hoofd; ik zeide: Ik ben afgesneden!
Tsade. Zij hebben mijn leven in een kuil uitgeroeid, en zij hebben een steen op mij geworpen.
Koph. HEERE! Ik heb Uw Naam aangeroepen uit den ondersten kuil.