Lees Volledig Hoofdstuk
En Pilatus zeide tot de overpriesters en de scharen: Ik vind geen schuld in dezen Mens.
En Pilatus vraagde Hem, zeggende: Zijt Gij de Koning der Joden? En Hij antwoordde hem en zeide: Gij zegt het.
En zij hielden te sterker aan, zeggende: Hij beroert het volk, lerende door geheel Judea, begonnen hebbende van Galilea tot hier toe.