Lees Volledig Hoofdstuk
Voorts al hun steden met hun woonplaatsen, en al hun burchten verbrandden zij met vuur.
Maar de kinderen Israels namen de vrouwen der Midianieten, en hun kinderkens gevangen; zij roofden ook al hun beesten, en al hun vee, en al hun vermogen.
En zij namen al den roof, en al den buit, van mensen en van beesten.