Lees Volledig Hoofdstuk
Gij hebt mij in den ondersten kuil gelegd, in duisternissen, in diepten.
Afgezonderd onder de doden, gelijk de verslagenen, die in het graf liggen, die Gij niet meer gedenkt, en zij zijn afgesneden van Uw hand.
Uw grimmigheid ligt op mij; Gij hebt mij nedergedrukt met al Uw baren. Sela.