1 Kronieken 26:9
Taken van poortwachters, penningmeesters en andere Levieten
1 Kronieken 26:9
Meselemja nu had kinderen en broeders, kloeke lieden, achttien.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
1 Kronieken 26:8
Deze allen waren uit de kinderen van Obed-Edom; zij, en hun kinderen, en hun broeders, kloeke mannen in kracht tot den dienst; daar waren er twee en zestig van Obed-Edom.
Volgend Vers
1 Kronieken 26:10
En Hosa, uit de kinderen van Merari, had zonen; Simri was het hoofd; (alhoewel hij de eerstgeborene niet was, nochtans stelde hem zijn vader tot een hoofd).