2 Koningen 25:6
Val van Jeruzalem en Einde van het Koninkrijk
2 Koningen 25:6
Zij dan grepen den koning, en voerden hem opwaarts tot den koning van Babel, naar Ribla; en zij spraken een oordeel tegen hem.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
2 Koningen 25:5
Doch het heir der Chaldeen jaagde den koning na, en zij achterhaalden hem in de vlakke velden van Jericho, en zal zijn heir werd van bij hem verstrooid.
Volgend Vers
2 Koningen 25:7
En zij slachtten de zonen van Zedekia voor zijn ogen, en men verblindde Zedekia's ogen, en zij bonden hem met twee koperen ketenen, en voerden hem naar Babel.