Lees Volledig Hoofdstuk
Want Gij zijt mijn Lamp, o HEERE, en de HEERE doet mijn duisternis opklaren.
En Gij verlost het bedrukte volk; maar Uw ogen zijn tegen de hogen, Gij zult hen vernederen.
Want met U loop ik door een bende; met mijn God spring ik over een muur.