Lees Volledig Hoofdstuk
Daarna togen de Filistijnen weder op; en zij verspreidden zich in het dal Refaim.
En zij lieten hun afgoden aldaar; en David en zijn mannen namen ze op.
En David vraagde den HEERE, Dewelke zeide: Gij zult niet optrekken; maar trek om tot achter hen, dat gij aan hen komt van tegenover de moerbezienbomen;