Ezechiël 27:4
Het Lament voor Tyrus
Aangrenzende verzen
Vorige vers
Ezechiël 27:3
En zeg tot Tyrus, die daar woont aan de ingangen der zee, handelende met de volken in vele eilanden: Zo zegt de Heere HEERE: O Tyrus! gij zegt: Ik ben volmaakt in schoonheid.
Volgende vers
Ezechiël 27:5
Zij hebben al uw denningen uit dennebomen van Senir gebouwd; zij hebben cederen van den Libanon gehaald, om masten voor u te maken.