Deuteronomium 1:38
Israëls Reis vanaf Horeb
Deuteronomium 1:38
Jozua, de zoon van Nun, die voor uw aangezicht staat, die zal daarin komen; sterk denzelven, want hij zal het Israel doen erven.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Deuteronomium 1:37
Ook vertoornde zich de HEERE op mij om uwentwil, zeggende: Gij zult daar ook niet inkomen.
Volgend Vers
Deuteronomium 1:39
En uw kinderkens, waarvan gij zeidet: Zij zullen tot een roof zijn; en uw kinderen, die heden noch goed noch kwaad weten, die zullen daarin komen, en dien zal Ik het geven, en die zullen het erfelijk bezitten.