Deuteronomium 2:7
Israëls omzwervingen en ontmoetingen
Deuteronomium 2:7
Want de HEERE, uw God, heeft u gezegend in al het werk uwer hand; Hij kent uw wandelen door deze zo grote woestijn; deze veertig jaren is de HEERE, uw God, met u geweest; geen ding heeft u ontbroken.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Deuteronomium 2:6
Spijze zult gij voor geld van hen kopen, dat gij etet; en ook zult gij water voor geld van hen kopen, dat gij drinket.
Volgend Vers
Deuteronomium 2:8
Als wij nu doorgetrokken waren van onze broederen, de kinderen van Ezau, die in Seir woonden, van den weg des vlakken velds, van Elath, en van Ezeon-Geber, zo keerden wij ons, en doortogen den weg der woestijn van Moab.