Lees Volledig Hoofdstuk
En dit woord was goed in de ogen van Farao, en in de ogen van al zijn knechten.
Zo zal de spijze zijn tot voorraad voor het land, voor zeven jaren des hongers, die in Egypteland wezen zullen; opdat het land van honger niet verga.
Zo zeide Farao tot zijn knechten: Zouden wij wel een man vinden als deze, in welken Gods Geest is?