Lees Volledig Hoofdstuk
Ook versmaden mij de jonge kinderen; sta ik op, zo spreken zij mij tegen.
Mijn adem is mijn huisvrouw vreemd; en ik smeek om der kinderen mijns buiks wil.
Alle mensen mijns heimelijken raads hebben een gruwel aan mij; en die ik liefhad, zijn tegen mij gekeerd.