Lees Volledig Hoofdstuk
Och, of ik wist, dat ik Hem vinden zou, ik zou tot Zijn stoel komen;
Ook heden is mijn klacht wederspannigheid; mijn plage is zwaar boven mijn zuchten.
Ik zou het recht voor Zijn aangezicht ordentelijk voorstellen, en mijn mond zou ik met verdedigingen vervullen.