Lees Volledig Hoofdstuk
En ik verbrak de baktanden des verkeerden, en wierp den roof uit zijn tanden.
Ik was den nooddruftigen een vader; en het geschil, dat ik niet wist, dat onderzocht ik.
En ik zeide: Ik zal in mijn nest den geest geven, en ik zal de dagen vermenigvuldigen als het zand.