Lees Volledig Hoofdstuk
Zekerlijk heeft hij tot God gezegd: Ik heb Uw straf verdragen, ik zal het niet verderven.
Opdat de huichelachtige mens niet meer regere, en geen strikken des volks zijn.
Behalve wat ik zie, leer Gij mij; heb ik onrecht gewrocht, ik zal het niet meer doen.