Lees Volledig Hoofdstuk
Maar nu komt het aan u, en gij zijt verdrietig; het raakt tot u, en gij wordt beroerd.
Uw woorden hebben den struikelende opgericht, en de krommende knieen hebt gij vastgesteld;
Was niet uw vreze Gods uw hoop, en de oprechtheid uwer wegen uw verwachting?