Lees Volledig Hoofdstuk
Hoor toch, en ik zal spreken; ik zal U vragen, en onderricht Gij mij.
Wie is hij, zegt Gij, die den raad verbergt zonder wetenschap? Zo heb ik dan verhaald, hetgeen ik niet verstond, dingen, die voor mij te wonderbaar waren, die ik niet wist.
Met het gehoor des oors heb ik U gehoord; maar nu ziet U mijn oog.