Lees Volledig Hoofdstuk
He. Hij heeft mij met bitterheden verzadigd, Hij heeft mij met alsem dronken gemaakt.
He. Ik ben al mijn volk tot belaching geworden, hun snarenspel den gansen dag.
Vau. Hij heeft mijn tanden met zandsteentjes verbrijzeld, Hij heeft mij in de as nedergedrukt.