Leviticus 19:35
Heiligheid en Ethiek
Leviticus 19:35
Gij zult geen onrecht doen in het gericht, met de el, met het gewicht, of met de maat.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Leviticus 19:34
De vreemdeling, die als vreemdeling bij u verkeert, zal onder u zijn als een inboorling van ulieden; gij zult hem liefhebben als uzelven; want gij zijt vreemdeling geweest in Egypteland; Ik ben de HEERE, uw God!
Volgend Vers
Leviticus 19:36
Gij zult een rechte wage hebben, rechte weegstenen, een rechte efa, en een rechte hin; Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit Egypteland uitgevoerd heb!