Leviticus 26:37
Zegeningen voor Gehoorzaamheid en Vervloekingen voor Ongehoorzaamheid
Leviticus 26:37
En zij zullen de een op den ander als voor het zwaard vallen, waar niemand is, die jaagt; en gij zult voor het aangezicht uwer vijanden niet kunnen bestaan.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Leviticus 26:36
En aangaande de overgeblevenen onder u, Ik zal in hun hart een wekigheid in de landen hunner vijanden laten komen; zodat het geruis van een gedreven blad hen jagen zal, en zij zullen vlieden, gelijk men vliedt voor een zwaard, en zullen vallen, waar niemand is, die jaagt.
Volgend Vers
Leviticus 26:38
Maar gij zult omkomen onder de heidenen, en het land uwer vijanden zal u verteren.