Numeri 7:78
Het altaar en zijn vaten
Numeri 7:78
Op den twaalfden dag offerde de overste der kinderen van Nafthali, Ahira, de zoon van Enan.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
Numeri 7:77
En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Pagiel, den zoon van Ochran.
Volgend Vers
Numeri 7:79
Zijn offerande was: een zilveren schotel, welks gewicht was honderd dertig sikkelen; een zilveren sprengbekken van zeventig sikkelen, naar den sikkel des heiligdoms; zij waren beide vol meelbloem met olie gemengd, ten spijsoffer;