Lees Volledig Hoofdstuk
De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensenkinderen?
De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, zal sterven.
De spotter zal niet liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet gaan tot de wijzen.