Lees Volledig Hoofdstuk
Een rede, op zijn pas gesproken, is als gouden appelen in zilveren gebeelde schalen.
Opdat degene, die het hoort, u niet smade; want uw kwaad gerucht zou niet afgekeerd worden.
Een wijs bestraffer bij een horend oor, is een gouden oorsiersel, en een halssieraad van het fijnste goud.