Lees Volledig Hoofdstuk
He. Zij is als de schepen eens koopmans; zij doet haar brood van verre komen.
Daleth. Zij zoekt wol en vlas, en werkt met lust harer handen.
Vau. En zij staat op, als het nog nacht is, en geeft haar huis spijze, en haar dienstmaagden het bescheiden deel.