Lees Volledig Hoofdstuk
Want mijn dagen zijn vergaan als rook, en mijn gebeenten zijn uitgebrand als een haard.
Verberg Uw aangezicht niet voor mij, neig Uw oor tot mij ten dage mijner benauwdheid; ten dagen als ik roep, verhoor mij haastelijk.
Mijn hart is geslagen en verdord als gras, zodat ik vergeten heb mijn brood te eten.