Lees Volledig Hoofdstuk
Mijn gebeente kleeft aan mijn vlees, vanwege de stem mijns zuchtens.
Mijn hart is geslagen en verdord als gras, zodat ik vergeten heb mijn brood te eten.
Ik ben een roerdomp der woestijn gelijk geworden, ik ben geworden als een steenuil der wildernissen.