Lees Volledig Hoofdstuk
Breng ons weder, o God onzes heils! en doe te niet Uw toornigheid over ons.
Gij hebt weggenomen al Uw verbolgenheid; Gij hebt U gewend van de hittigheid Uws toorns.
Zult Gij eeuwiglijk tegen ons toornen? Zult Gij Uw toorn uitstrekken van geslacht tot geslacht?