2 Koningen 9:28
Jehu tot koning gezalfd van Israël
2 Koningen 9:28
En zijn knechten voerden hem naar Jeruzalem, en zij begroeven hem in zijn graf, bij zijn vaderen in de stad Davids.
Aangrenzende Verzen
Vorig Vers
2 Koningen 9:27
Als Ahazia, de koning van Juda, dat zag, zo vlood hij door den weg van het huis des hofs; doch Jehu vervolgde hem achterna, en zeide: Slaat hem ook op den wagen, aan den opgang naar Gur, die bij Jibleam is; en hij vlood naar Megiddo, en stierf aldaar.
Volgend Vers
2 Koningen 9:29
In het elfde jaar nu van Joram, den zoon van Achab, was Ahazia koning geworden over Juda.