Lees Volledig Hoofdstuk
Gij onderhoudt dagen, en maanden, en tijden, en jaren.
En nu, als gij God kent, ja, veelmeer van God gekend zijt, hoe keert gij u wederom tot de zwakke en arme beginselen, welke gij wederom van voren aan wilt dienen?
Ik vrees voor u, dat ik niet enigszins tevergeefs aan u gearbeid heb.