Lees Volledig Hoofdstuk
En de HEERE donderde in den hemel, en de Allerhoogste gaf Zijn stem, hagel en vurige kolen.
Van den glans, die voor Hem was, dreven Zijn wolken daarhenen, hagel en vurige kolen.
En Hij zond Zijn pijlen uit, en verstrooide ze; en Hij vermenigvuldigde de bliksemen, en verschrikte ze.