Lees Volledig Hoofdstuk
Een Belialsstuk kleeft hem aan; en hij, die nederligt, zal niet weder opstaan.
Al mijn haters mompelen te zamen tegen mij; ze bedenken tegen mij, hetgeen mij kwaad is, zeggende:
Zelfs de man mijns vredes, op welken ik vertrouwde, die mijn brood at, heeft de verzenen tegen mij grotelijks verheven.