Lees Volledig Hoofdstuk
Mijn hart smart in het binnenste van mij, en verschrikkingen des doods zijn op mij gevallen.
Om den roep des vijands, vanwege de beangstiging des goddelozen; want zij schuiven ongerechtigheid op mij, en in toorn haten zij mij.
Vrees en beving komt mij aan, en gruwen overdekt mij;