Lees Volledig Hoofdstuk
Voorwaar, ik heb U in het heiligdom aanschouwd, ziende Uw sterkheid en Uw eer;
O God! Gij zijt mijn God! ik zoek U in den dageraad; mijn ziel dorst naar U; mijn vlees verlangt naar U, in een land, dor en mat, zonder water.
Want Uw goedertierenheid is beter dan het leven; mijn lippen zouden U prijzen.