Lees Volledig Hoofdstuk
Doch ik ben ellendig en in smart; Uw heil, o God! zette mij in een hoog vertrek.
Laat hen uitgedelgd worden uit het boek des levens, en met de rechtvaardigen niet aangeschreven worden.
Ik zal Gods Naam prijzen met gezang, en Hem met dankzegging grootmaken.